rekwireert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: rekwireert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- re·kwi·reert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
rekwireren |
rekwireert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rekwireren
- Jij rekwireert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van rekwireren
- Hij rekwireert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van rekwireren
- Rekwireert!
Gangbaarheid
- Het woord rekwireert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.