radiotoespraken

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  radiotoespraken    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ra·dio·toe·spra·ken

Zelfstandig naamwoord

de radiotoespraken mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord radiotoespraak

Gangbaarheid

• Het woord radiotoespraken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.