pleaseden
- please·den
vervoeging van |
---|
pleasen |
pleaseden
- meervoud verleden tijd van pleasen
- Wij pleaseden.
- Jullie pleaseden.
- Zij pleaseden.
- Wij pleaseden.
- Het woord 'pleaseden' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
vervoeging van |
---|
pleasen |
pleaseden