plaatsvind
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: plaatsvind (hulp, bestand)
Woordafbreking
- plaats·vind
Werkwoord
vervoeging van |
---|
plaatsvinden |
plaatsvind
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van plaatsvinden
- ... dat ik plaatsvind.
vervoeging van |
---|
plaatsvinden |
plaatsvind