paften
- paf·ten
vervoeging van |
---|
paffen |
paften
- meervoud verleden tijd van paffen
- Wij paften.
- Jullie paften.
- Zij paften.
- Wij paften.
- Het woord paften staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
vervoeging van |
---|
paffen |
paften