overtrouw
- over·trouw
vervoeging van |
---|
overtrouwen |
overtrouw
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overtrouwen
- ... dat ik overtrouw.
- Het woord overtrouw staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
vervoeging van |
---|
overtrouwen |
overtrouw