Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • over·pent

Werkwoord

vervoeging van
overpennen

overpent

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overpennen
    • ... dat jij overpent. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overpennen
    • ... dat hij overpent. 

Gangbaarheid