overerfden
- Geluid: overerfden (hulp, bestand)
- over·erf·den
vervoeging van |
---|
overerven |
overerfden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van overerven
- ...dat wij overerfden.
- ...dat jullie overerfden.
- ...dat zij overerfden.
- ...dat wij overerfden.
vervoeging van |
---|
overerven |
overerfden
- meervoud verleden tijd van overerven
- Wij overerfden.
- Jullie overerfden.
- Zij overerfden.
- Wij overerfden.
- Het woord overerfden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.