overbriefde
- Geluid: overbriefde (hulp, bestand)
- over·brief·de
vervoeging van |
---|
overbrieven |
overbriefde
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van overbrieven
- ... dat ik overbriefde.
- ... dat jij overbriefde.
- ... dat hij, zij, het overbriefde.
- ... dat ik overbriefde.
- Het woord overbriefde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.