opinieert
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- opi·ni·eert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
opiniëren |
opinieert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opiniëren
- Jij opinieert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opiniëren
- Hij opinieert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van opiniëren
- Opinieert!
Gangbaarheid
- Het woord opinieert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.