oorloogt
- oor·loogt
vervoeging van |
---|
oorlogen |
oorloogt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oorlogen
- Jij oorloogt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oorlogen
- Hij oorloogt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van oorlogen
- Oorloogt!
- Het woord oorloogt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.