onderlijnde
- Geluid: onderlijnde (hulp, bestand)
- on·der·lijn·de
vervoeging van |
---|
onderlijnen |
onderlijnde
- enkelvoud verleden tijd van onderlijnen
- Ik onderlijnde.
- Jij onderlijnde.
- Hij, zij, het onderlijnde.
- Ik onderlijnde.
- verbogen vorm van onderlijnd, voltooid deelwoord van onderlijnen
- Het woord onderlijnde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.