onderheit
- on·der·heit
vervoeging van |
---|
onderheien |
onderheit
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onderheien
- ... dat jij onderheit.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onderheien
- ... dat hij onderheit.
vervoeging van |
---|
onderheien |
onderheit
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onderheien
- Jij onderheit.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van onderheien
- Hij onderheit.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van onderheien
- Onderheit!
- Het woord onderheit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.