onderheide
- Geluid: onderheide (hulp, bestand)
- on·der·hei·de
onderheide
- verbogen vorm van de stellende trap van onderheid
vervoeging van |
---|
onderheien |
onderheide
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van onderheien
- ... dat ik onderheide.
- ... dat jij onderheide.
- ... dat hij, zij, het onderheide.
- ... dat ik onderheide.
vervoeging van |
---|
onderheien |
onderheide
- enkelvoud verleden tijd van onderheien
- Ik onderheide.
- Jij onderheide.
- Hij, zij, het onderheide.
- Ik onderheide.
- Het woord onderheide staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.