onderbleef
- Geluid: onderbleef (hulp, bestand)
- on·der·bleef
vervoeging van |
---|
onderblijven |
onderbleef
- enkelvoud verleden tijd van onderblijven
- Ik onderbleef.
- Jij onderbleef.
- Hij, zij, het onderbleef.
- Ik onderbleef.
- Het woord 'onderbleef' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.