omzwachtelt
- Geluid: omzwachtelt (hulp, bestand)
- om·zwach·telt
vervoeging van |
---|
omzwachtelen |
omzwachtelt
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omzwachtelen
- Jij omzwachtelt.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van omzwachtelen
- Hij omzwachtelt.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van omzwachtelen
- Omzwachtelt!
- Het woord omzwachtelt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.