omstuwden
- om·stuw·den
vervoeging van |
---|
omstuwen |
omstuwden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van omstuwen
- ...dat wij omstuwden.
- ...dat jullie omstuwden.
- ...dat zij omstuwden.
- ...dat wij omstuwden.
vervoeging van |
---|
omstuwen |
omstuwden
- meervoud verleden tijd van omstuwen
- Wij omstuwden.
- Jullie omstuwden.
- Zij omstuwden.
- Wij omstuwden.
- Het woord omstuwden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.