Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • nok·ken

Zelfstandig naamwoord

de nokkenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord nok

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
76 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be