noget
noget o
- onzijdige vorm enkelvoud van nogen
- enig, enige
- iets
- «Vil du have noget at spise?»
- Wil je iets te eten hebben?
- «Vil du have noget at spise?»
- met ontkenning: geen, geen enkele
- «Vores hund har ikke noget navn endnu.»
- Onze hond heeft nog geen naam.
- «Vores hund har ikke noget navn endnu.»
- noget in: Det Danske Sprog- og LitteraturselskabDen Dankse Ordbog op website:ordnet.dk