Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • neu·root·je

Zelfstandig naamwoord

het neurootjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord neuroot

Zelfstandig naamwoord

het neurootjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord neuro