neonatologischers

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  neonatologischers    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• neo·na·to·lo·gi·schers

Bijvoeglijk naamwoord

neonatologischers

1. partitief van de vergrotende trap van neonatologisch

Gangbaarheid

• Het woord neonatologischers staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.