motoriserende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mo·to·ri·se·ren·de
Werkwoord
vervoeging van: | motoriseren |
motoriserende
- verbogen vorm van motoriserend, het onvoltooid deelwoord van motoriseren
vervoeging van: | motoriseren |
verbogen vorm: | motoriserendee |
motoriserende