monitorde
- mo·ni·tor·de
vervoeging van |
---|
monitoren |
monitorde
- enkelvoud verleden tijd van monitoren
- Ik monitorde.
- Jij monitorde.
- Hij, zij, het monitorde.
- Ik monitorde.
- Het woord monitorde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.