• mon·den

de mondenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord mond
99 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


vervoeging van
mondar

monden

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van mondar
  2. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van mondar
vervoeging van
mondarse

monden

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van mondarse
  2. gebiedende wijs (ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van mondarse