• Onwikkeld uit Engels meat “vlees”, voor het eerst opgetekend in 1778. [1]

meti

  1. (voeding) vlees
    «Ma switi mofo, dati no 9ben mankeri kweti-kweti: meti nanga boesi fouroe, dati no 10 ben diri, en dem ben foeroe toemoesi, fisi ben foeroe so srefi 11 toe.»[2]
    Toespijs hadden 9 zij ook: vlees en bosvogels, dat was niet zeldzaam, het was 10 er in overvloed, en er waren ook veel vissen.
  2. (anatomie) vlees
  3. (dierkunde) dier
  1. Norval S.H. Smith
    “The genesis of the Creole languages of Surinam”, dissertatie, Universiteit van Amsterdam, 1987, p. 409
  2.   Weblink bron
    Johannes King
    skrekiboekoe (1888) in:
    Ursy M. Lichtveld, Jan Voorhoeve
    Suriname: Spiegel der vaderlandse kooplieden (1980), Uitgeverij Martinus Nijhoff, Den Haag, p. 16-17 op dbnl.org