Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • maand·ston·den

Zelfstandig naamwoord

de maandstondenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord maandstonde

Gangbaarheid

83 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be