• li·dah

lidah

  1. (anatomie) tong
  2. smaak
    «Masakan disesuaikan dengan lidah Belanda.»
    Het voedsel is aangepast aan de Nederlandse smaak.
  3. spraakorgaan
    «diterangkan dengan lidah»
    mondeling uitgelegd
    «penyambung lidah»
    stem van het volk
  4. iets wat eruit ziet als een tong
    «lidah api»
    vuurtong
  5. (plantkunde) onderdeel van meerdere soortnamen, zie onder Afgeleide begrippen
  6. (straalvinnigen) kort voor ikan lidah vissoorten uit de familie van de hondstongen