• le·vens·vor·men

de levensvormenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord levensvorm
     Je moest je ook levensvormen kunnen voorstellen die op aardse mensen leken, soms in het stadium van het stenen tijdperk, soms duizenden jaren voor op ons in de technische ontwikkeling.[1]
  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “De tweede doodzonde” (2020), Uitgeverij Prometheus  , ISBN 9789044645149