lesbootje
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- les·bo·tje
Zelfstandig naamwoord
het lesbootje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord lesbo
Woordafbreking
- les·boot·je
Zelfstandig naamwoord
het lesbootje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord lesboot