kroont
- kroont
vervoeging van |
---|
kronen |
kroont
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kronen
- Jij kroont.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kronen
- Hij kroont.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van kronen
- Kroont!
- Het woord kroont staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.