koppelde
- kop·pel·de
vervoeging van |
---|
koppelen |
koppelde
- enkelvoud verleden tijd van koppelen
- Ik koppelde.
- Jij koppelde.
- Hij, zij, het koppelde.
- Ik koppelde.
- Het woord koppelde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.