• koes·ter·de
vervoeging van
koesteren

koesterde

  1. enkelvoud verleden tijd van koesteren
    • Ik koesterde. 
    • Jij koesterde. 
    • Hij, zij, het koesterde. 
     Eerder werd al bekend dat verdachte Tetsuya Yamagami wrok tegen Abe koesterde, omdat de politicus volgens hem verbonden was aan een religieuze groep. Het is niet duidelijk waarom de 41-jarige man uiteindelijk Abe als slachtoffer koos.[1]
  1.   Weblink bron “Verdachte van moord op oud-premier Abe had eerst ander doelwit” (09 juli 2022), NU.nl