kartonneer

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  kartonneer    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• kar·ton·neer

Werkwoord

vervoeging van
kartonneren

kartonneer

1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kartonneren
   

   • Ik kartonneer. 

2. gebiedende wijs van kartonneren
   

   • Kartonneer! 

3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kartonneren
   

   • Kartonneer je? 

Gangbaarheid

• Het woord kartonneer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.