Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /kr̝̊ɪviː/
Woordafbreking
  • kři·ví

Bijvoeglijk naamwoord

křiví

  1. nominatief bezield mannelijk meervoud van křivý
  2. vocatief bezield mannelijk meervoud van křivý
Gelijkklinkende woorden

Werkwoord

křiví

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord křivit
  2. derde persoon meervoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord křivit