Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·woei

Werkwoord

vervoeging van
inwaaien

inwoei

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van inwaaien
    • ... dat ik inwoei. 
    • ... dat jij inwoei. 
    • ... dat hij, zij, het inwoei. 

Gangbaarheid