inwaste
- in·was·te
vervoeging van |
---|
inwassen |
inwaste
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van inwassen
- ... dat ik inwaste.
- ... dat jij inwaste.
- ... dat hij, zij, het inwaste.
- ... dat ik inwaste.
- Het woord inwaste staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.