inwaaiden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·waai·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
inwaaien |
inwaaiden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van inwaaien
- ...dat wij inwaaiden.
- ...dat jullie inwaaiden.
- ...dat zij inwaaiden.
- ...dat wij inwaaiden.
Gangbaarheid
- Het woord inwaaiden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.