intoneerde
- Geluid: intoneerde (hulp, bestand)
- in·to·neer·de
vervoeging van |
---|
intoneren |
intoneerde
- enkelvoud verleden tijd van intoneren
- Ik intoneerde.
- Jij intoneerde.
- Hij, zij, het intoneerde.
- Ik intoneerde.
- Het woord intoneerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.