instormde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·storm·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
instormen |
instormde
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van instormen
- ... dat ik instormde.
- ... dat jij instormde.
- ... dat hij, zij, het instormde.
- ... dat ik instormde.
Gangbaarheid
- Het woord instormde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.