Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·ge·kleur·de

Bijvoeglijk naamwoord

ingekleurde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van ingekleurd

Werkwoord

vervoeging van: inkleuren…
verbogen vorm: ingekleurdee

ingekleurde

  1. verbogen vorm van ingekleurd, voltooid deelwoord van inkleuren

Gangbaarheid