ineenstort
- Geluid: ineenstort (hulp, bestand)
- in·een·stort
vervoeging van |
---|
ineenstorten |
ineenstort
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ineenstorten
- ... dat ik ineenstort.
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ineenstorten
- ... dat jij ineenstort.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ineenstorten
- ... dat hij ineenstort.
- Het woord ineenstort staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.