impressioneerden

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  impressioneerden    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• im·pres·si·o·neer·den

Werkwoord

vervoeging van
impressioneren

impressioneerden

1. meervoud verleden tijd van impressioneren
   

   • Wij impressioneerden. 
     
   • Jullie impressioneerden. 
     
   • Zij impressioneerden.