honderdnegenentwintigjes

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hon·derd·ne·gen·en·twin·tig·jes

Zelfstandig naamwoord

de honderdnegenentwintigjesmv

  1. verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord honderdnegenentwintig

Gangbaarheid