Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • her·ver·deel·de

Werkwoord

vervoeging van
herverdelen

herverdeelde

  1. enkelvoud verleden tijd van herverdelen
    • Ik herverdeelde. 
    • Jij herverdeelde. 
    • Hij, zij, het herverdeelde. 
  2. verbogen vorm van herverdeeld, voltooid deelwoord van herverdelen