• her·pro·gram·meert
vervoeging van
herprogrammeren

herprogrammeert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herprogrammeren
    • Jij herprogrammeert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herprogrammeren
    • Hij herprogrammeert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van herprogrammeren
    • Herprogrammeert!