herontgonnen
- her·ont·gon·nen
- vervoeging van herontginnen: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs) maar met een klinkerwisseling i-o (IPAː /ɪ/ - /ɔ/)
vervoeging van |
---|
herontginnen |
herontgonnen
- meervoud verleden tijd van herontginnen
- Wij herontgonnen.
- Jullie herontgonnen.
- Zij herontgonnen.
- Wij herontgonnen.
- voltooid deelwoord van herontginnen