heronderhandelde
- her·on·der·han·del·de
vervoeging van |
---|
heronderhandelen |
heronderhandelde
- enkelvoud verleden tijd van heronderhandelen
- Ik heronderhandelde.
- Jij heronderhandelde.
- Hij, zij, het heronderhandelde.
- Ik heronderhandelde.
- verbogen vorm van heronderhandeld, voltooid deelwoord van heronderhandelen