• her·kauw·de
vervoeging van
herkauwen

herkauwde

  1. enkelvoud verleden tijd van herkauwen
    • Ik herkauwde. 
    • Jij herkauwde. 
    • Hij, zij, het herkauwde. 
  2. verbogen vorm van herkauwd, voltooid deelwoord van herkauwen