golften
- golf·ten
vervoeging van |
---|
golfen |
golften
- meervoud verleden tijd van golfen
- Wij golften.
- Jullie golften.
- Zij golften.
- Wij golften.
- Het woord golften staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
vervoeging van |
---|
golfen |
golften