goedrekenende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- goed·re·ke·nen·de
Werkwoord
vervoeging van: | goedrekenen |
goedrekenende
- verbogen vorm van goedrekenend, het onvoltooid deelwoord van goedrekenen
vervoeging van: | goedrekenen |
verbogen vorm: | goedrekenendee |
goedrekenende